犀利士
-block__inner”>

Yoga wordt steeds normaler, maar toch hoort Jasmijn Koelink deze drie redenen om niet aan yoga te beginnen regelmatig.

Laatst las ik dat ongeveer een half miljoen Nederlanders – af en toe – op de yogamat staat. Yoga wordt steeds normaler, maar toch hoor ik deze drie redenen om niet aan yoga te beginnen regelmatig. Vaak zijn ze gebaseerd op onjuiste aannames, en ik leg je graag uit waarom ik denk dat het zin heeft om deze standpunten nog eens op nieuw te bekijken.

Ik heb geen tijd

Dat je er tijd voor moet vrijmaken, dat klopt. Net zoals je tijd maakt voor het poetsen van je tanden, het checken van je social media status of naar de supermarkt gaan om boodschappen te doen. Iets nieuws in je leven integreren vraagt tijd en aandacht. Dus voordat je hieraan begint, is de belangrijkste vraag die je jezelf moet stellen: wil je überhaupt wel met yoga beginnen? Wil je het echt zelf – los van het advies van een fysiotherapeut, je huisarts of beste vriend(in) om aan yoga te doen. Échte intrinsieke motivatie helpt je om daadwerkelijk de daad bij het woord te voegen. Als je deze vraag met een duidelijke ja kunt beantwoorden, kun je bij jezelf nagaan hoeveel tijd je er realistisch gezien aan kunt besteden – afhankelijk van je gezinssituatie, werk en dergelijke. Als ik zoiets voor mezelf probeer te bepalen, moet ik altijd aan de Amerikaanse spreker en schrijver Tony Robbins denken; ‘Je hebt geen leven, als je dagelijks geen tien minuten tijd voor jezelf hebt’. Die tien minuten zijn een vriendelijke suggestie om mee te beginnen, en je kunt ze vullen met een ademhalingssessie, meditatie of enkele zonnegroeten. Dat kun je natuurlijk altijd uitbouwen naar een wekelijkse les, of meer.

Yoga is geen sport

Ik heb eens iemand voor zeven minuten in ‘push wall’ geplaatst, omdat hij vond dat yoga onvoldoende fysieke uitdaging bood. Terwijl hij in die zeven minuten diep in- en uitademde, vormde er een plas zweet onder hem op de grond. Vond je je yogales niet uitdagend genoeg? Denk dan dat er net als 6000 talen op de wereld ook een legio aan yogastijlen zijn waarvan er vast één het beste bij jou past. Houd je van zweten? Probeer dan eens Hot Yoga of Bikram. Wil je veel bewegen? Probeer dan Vinyasa, Ashtanga of Prana Flow eens uit. Zie het als een experiment!

Ik ben te stijf

Dit excuus is enigszins te begrijpen. Als ik naar yogaplaatjes google of een willekeurig yogablad bekijk, zie ik voornamelijk jonge slanke vrouwen in pretzelhoudingen. Die zijn onmogelijk bij stijfheid. Én toch houdt ook dit excuus geen stand. De kans dat je iemand in zo’n houding tegenkomt in een reguliere les is net zo klein als dat ik een zeearend zie bij de Oostvaardersplassen. Een goede docent helpt je in te zien dat het niet gaat om hoe een houding eruit ziet, maar om de manier waarop je deze uitvoert – veilig en aangepast op jouw lichaam. Bovendien is het ook een voordeel om minder lenig te zijn, vaak ben je krachtiger en heb je minder kans op blessures.
‘Yoga is er voor jou, jij bent er niet voor de yoga’ is mijn favoriete uitspraak. Vergelijken met anderen is zinloos, en houdingen aanpassen naar lichaamsbouw is zinvol. Yoga kan helpen om soepeler of flexibeler te worden, maar soms blijft de lenigheid van lichaamsdelen onveranderd – en dat is ok.
Yoga helpt mij om mijn fysieke mogelijkheden te ontdekken en mijn beperkingen te omarmen. Uiteindelijk is dit het enige lichaam waarmee ik mijn wereld beleef en doorleef, en niet met dat van een ander.

Gebruik jij een van deze drie redenen om niet aan yoga te beginnen? Dan daag ik je uit om ze nog eens te bevragen en te onderzoeken – misschien kom je er achter dat yoga en jij meer met elkaar gemeen hadden dan je dacht.

Jasmijn Koelink
Jasmijn Koelink
Meer van deze auteur