In Vietnam word Jasmijn Koelink overspoeld door indrukken: alles overweldigt en dendert over haar heen. Tot ze aan de overkant van de straat een monnik ziet lopen, die zich niets aantrekt van het stadse lawaai.
De eerste dag van een maand lang reizen door Vietnam begint in Ho Chi Minh City, voorheen Saigon. Tijdens het doelloos dwalen en slenteren door een onbekende stad, overspoelt de intensiteit van alle indrukken me. Het verkeer lijkt een geordende chaos, een alles-of-niets-gok bij het oversteken in een mierennest van scooters. Hele families nemen plaatst op één scooter. Niemand gaat aan de kant voor de ander. Iedereen snijdt bochten af om rechtstreeks naar zijn bestemming te rijden. De ene toeter overstemd de ander, een – voor mijn Nederlandse oren – ononderbroken concert van lawaai. De lucht voelt giftig, haast verstikkend door alle uitlaatgassen. Met durf en zelfvertrouwen steek ik telkens over, om voorrang te nemen, want geven is geen optie.
Ik zie inwoners zichzelf in plastic stoeltjes van kind-formaat persen, bier drinkend ui壯陽藥
t plastic één liter kannen en knabbelen op barbecue vlees – elk vlees dat voor handen is, of het nu gestoomde darmen of gebakken kikkers zijn. Als onschuldige vegetariër zie ik dat aan de straat varkens aan het spit worden gerookt, kippen bij de poten worden vastgepakt om vervolgens hun nek om te draaien en vissen die op de stoep in teiltjes worden geveld. Ik word misselijk van het zien en ruiken van de aanhoudende geur van dode dieren, gemengd met de beroemde Vietnamese vissaus. Ik kijk met verwondering om me heen terwijl ik constant de neiging heb om mijn adem in te houden.
Overweldigd – ik heb nog nooit buiten Europa gereisd – neem ik plaats op een bankje, afgelegen in 犀利士
een ‘zogenaamd’ park met enkele bomen. Ik wacht daar totdat het herenigingpaleis – in de Vietnamoorlog het presidentiële paleis van Zuid-Vietnam en tegenwoordig een toeristische trekpleister – zijn deuren opent. Een monnik in zijn saffraankleurige pij trekt mijn aandacht aan de overzijde van de weg. Stap voor stap loopt hij over de trottoirrand, terwijl honderden scooters voorbij sjezen. Af en toe stopt er een motorrijder, die op de monnik wacht en vervolgens iets overhandigt. Ik zie niet precies wat.
Het aanzicht van de monnik biedt mij een oase van rust. Ik besef dat je overal aandachtig kunt lopen, niet alleen om van A naar B te komen – zoals ik tot nu toe deed. Gewoon lopen om te lopen. Daar hoef je helemaal geen monnik voor te zijn, en het kan op elk moment: je aandacht hebben bij elke stap die je zet. Of zoals Thich Nhat Hanh, befaamd om zijn instructies over aandachtig lopen en overigens zelf Vietnamees, zegt: “Loop als een vrij mens en voel elke stap lichter worden. Geniet van elke stap. Elke stap is voedzaam en helend. Als je loopt, is elke voetstap een afdruk van dankbaarheid, vrede en liefde op aarde”.
Zo loop je met aandacht
De instructie is eigenlijk heel eenvoudig: zet elke stap die je zet zo aandachtig mogelijk, terwijl je het leven om je heen waarneemt.
Als je wilt kun je daarbij ook dit vers van Thich Nhat Hanh gebruiken:
Ik adem in: ik arriveer Ik adem uit: en ben thuis
Ik adem in: in het hier Ik adem uit: in het nu
Ik adem in: en ben solide Ik adem uit: en ben vrij
Ik adem in: in het ultieme Ik adem uit: waar ik woon
Ik besluit om zo bedachtzaam mogelijk in het herenigingpaleis rond te lopen. En terwijl ik dat doe denk ik aan de volgende woorden van Thich Nhat Hanh:
“ Ik adem in en kom tot rust, ik adem uit en glimlach, thuisgekomen in het nu, wordt dit moment een wonder.”
Ik kom daadwerkelijk tot rust en glimlach, omdat ik inzie dat de stad een spiegel is waarin mijn idealen en overtuigingen worden gereflecteerd. Ik blijf met verbazing rondlopen om alle indrukken op te nemen, in plaats van ze te veroordelen.
Meer van deze auteur
tion class=”list section may-also-like”>